De heldendaden van Papamoem - Tove Jansson


Eigenlijk is het raar dat de Moemins er maar niet in slagen Nederland te veroveren. De Moeminverhalen zijn in het buitenland al jaren razend populair: de boeken zijn in veertig talen verschenen, in Finland (en volgend jaar ook in Japan) zijn Moeminthemaparken en in Engeland vind je in iedere boekwinkel knuffelmoemins en moeminmokken.
De familie Moem speelt de hoofdrol in de negen boeken die de Finse Zweedstalige Tove Jansson (1914-2001) over hen schreef. Moemins zijn witte figuurtjes die aan nijlpaarden doen denken. In Scandinavië worden ze echter als trollen omschreven:´Mumintrollet´.
In 1945 schreef en tekende kunstenares Tove Jansson haar eerste Moeminverhaal. Ze wilde na de oorlog iets maken dat onbevangen en onschuldig was. Dit eerste verhaal is onlangs, ter ere van de honderdste geboortedag van de schrijfster, opnieuw uitgeven onder de titel De Moemins en de grote overstroming. Het vertelt het verhaal van de kleine Moem die samen met Mamamoem erop uit trekt om zijn vader te zoeken. In dit eerste verhaal zien we al elementen uit de latere boeken, maar de avonturen krijgen in die latere delen een wat rustiger tempo en er komt meer ruimte voor sfeerbeschrijvingen.

De heldendaden van Papamoem, dat voor het eerst in 1968 in het Nederlands verscheen, gaat over Papamoem. Hij vertelt het zelf, want het zijn memoires. Papamoem ziet het als een serieuze zaak om zijn stormachtige jeugd te beschrijven voor zijn zoon.
Papamoem,´een vluchteling geboren onder een heel bijzonder gesternte´, is te vondeling gelegd en groeit op in het Vondelingentehuis dat onder leiding staat van een Hemuul. Hemuuls hebben geen aanleg zich ergens over te verwonderen en zij maken de vondelingen liever schoon dan ze ze op schoot nemen. Papamoem besluit weg te lopen.
Op zijn tocht op zoek naar avontuur ontmoet hij veel wonderlijke figuren. Bijvoorbeeld Frederikson de uitvinder, Darteldier die in een koffiebus woont en de trotse eigenaar van een knopenverzameling is, de Dront Edward die zo groot is dat hij wel eens per ongeluk op iemand gaat zitten en dan ontroostbaar is en Miezels dochter die nog meer fantastische invallen heeft dan Papamoem.
Papamoen maakt onderweg veel mee, hij bezoekt bijvoorbeeld een feest van de Alleenheerser en hij weet een spook voor zijn karretje te spannen. Even lijkt het avontuur op een ramp uit te lopen als Papamoem de tante van de Hemuul redt. Zij neemt direct het heft in handen en organiseert ´opvoedkundige spelletjes´. Gelukkig kruizen Vretertjes hun pad en die weten wel raad met de tante van de Hemuul.

De heldendaden van Papamoen is een sfeervol boek. Jansson wisselt grappige fantasievolle avonturen af met bloemrijke beschrijvingen van bijvoorbeeld de omgeving:´De schemering was onderweg, en spreidde zich langzaam en stilletjes uit om de dag voldoende tijd te geven om te gaan slapen.´ Het rijke taalgebruik, de humor en de heerlijke fantasie van Janssons werk laten zich goed voorlezen.
Tove Jansson kreeg in 1966 de Hans Christian Andersenprijs, de´nobelprijs voor kinderliteratuur´. Deze eer deelt ze met de allergrootste kinderboekenschrijvers zoals Astrid Lindgren, Annie M.G.Schmidt, Erich Kästner en Aiden Chambers.
Tove Jansson werd 100 jaar geleden geboren; het is de hoogste tijd dat ook Nederland de familie Moem in zijn hart sluit.

De heldendaden van Papamoem
Tove Jansson
Clavis, 2014