Over een kleine mol die wil weten wie er op zijn kop gepoept heeft - Werner Holzwarth


In 1989 schreef de Duitse Werner Holzwarth Vom kleinen Maulwurf, der wissen wollte, wer ihm auf den kopf gemacht hat. Wolf Erlbruch illustreerde het verhaal. In Nederland kwam het boek in 1990 uit. Het was de eerste uitgave met illustraties van Wolf Erlbruch in Nederland. De lange titel werd in ere gehouden en beslaat de helft van de kaft: Over een kleine mol die wil weten wie er op zijn kop gepoept heeft. Inmiddels is het boek in drieëndertig talen vertaald en zijn er meer dan drie miljoen exemplaren verkocht.

Het verhaal begint met de legendarische woorden´Toen de kleine mol op een dag zijn kop boven de aarde stak om te kijken of de zon al op was gebeurde het.´ Wat er gebeurde laat het plaatje zien en wordt tussen haakjes beschreven:´Het was rond en bruin en het zag er een beetje uit als een worst-en wat nog het ergste was: het kwam precies op zijn kop terecht.´ De kleine mol is woedend ´ “Wel hier en gunter! Wie heeft er op mijn kop gepoept?” ´ De kleine mol gaat verhaal halen en spreekt diverse dieren aan:´Heb jij op mijn kop gepoept?´ De dieren ontkennen en overtuigen de kleine mol van hun onschuld door te laten zien dat zij heel andere drollen maken dan het exemplaar dat op zijn hoofd ligt (´plets, daar kletste een witte natte kledder´, ´plofplofplof, daar vielen vijf paardenvijgen´, ´ratatata, daar vlogen vijftien knikkerkeuteltjes´) De kleine mol, met nog altijd de drol op zijn kop, geeft niet op. Uiteindelijk kunnen twee bromvliegen hem vertellen wie de schuldige is. De kleine mol stapt op de dader af en neemt wraak om daarna´volmaakt tevreden´ in de aarde te verdwijnen.

Poep is een geliefd onderwerp voor kleine (en grote) kinderen en dat zal een deel van de populariteit van het boek verklaren. Het verhaal is een klassiek repeteerverhaal waarin de kleine mol ieder dier dezelfde vraag stelt:´Heb jij op mijn kop gepoept?´ Het aantonen van de onschuld wordt beeldend beschreven en de pletsende ratelende, plokkende en flatsende bewijzen zijn een feest om voor te lezen.
Het taalgebruik en het plot zijn voor peuters te hoog gegrepen, zij kunnen het concept´wraak nemen´ nog niet doorgronden en ook woorden als ´grazen´, ´diep onder de indruk zijn´ , ´kandijkleurig´ en ´herkauwen´ behoren niet tot het peutervocabulaire. De betekenis van deze woorden is ook moeilijk uit de context te halen. Peuters zullen vooral genieten van de herhalingen, de klanknabootsingen en het veelvuldig gebruik van het spannende woord ´poep´. Oudere kinderen zullen wel genieten van het plot en zeker ook van de illustraties van de verontwaardigde mol die met de drol op zijn kop de verschillende dieren ondervraagt en studie maakt van de diverse uitwerpselen. Ook het einde van het verhaal, waar de kleine mol een heel klein drolletje op de kop van een enorme hond laat vallen, is erg grappig. 

Over een kleine mol die wil weten wie er op zijn kop gepoept heeft is een heerlijk voorleesboek dat inmiddels in veel varianten te koop is, van mini- tot reuze-uitgave, als kartonboek en als pop-up. Kleine mol kan zelfs, met drol en al, als knuffel mee naar bed worden genomen.

Over een kleine mol die wil weten wie er op zijn kop gepoept heeft
Werner Holzwarth (tekst) en Wolf Erlbruch (ill)

De Vries- Brouwers