Kleine Beer - Else Holmelund Minarik



De eerste vijf boekjes over Kleine Beer verschenen tussen 1957 en 1968. In Nederland werden ze vertaald door Heleen Kernkamp-Biegel en uitgegeven door Ploegsma. Lemniscaat brengt de vijf boeken nu opnieuw uit, in een frisse nieuwe vertaling van Jesse Goossens.
De schrijfster, Else Holmelund Minarik (1920 –2012) werd geboren in Denemarken. Ze verhuisde met haar familie op vierjarige leeftijd naar de Verenigde Staten en werd Amerikaanse. Ze studeerde onder andere psychologie en ging lesgeven aan jonge kinderen.
Holmelund Minarik was niet tevreden over het aanbod aan leesboeken voor haar leerlingen en kopieerde daarom verhalen die ze had geschreven voor haar dochter die al op jonge leeftijd zelfstandig wilde lezen. In deze verhalen speelt een kleine beer de hoofdrol en hij beleeft kleine avonturen.
De verhalen slaan aan het Holmelund Minarik besluit een uitgever te zoeken. De eerste uitgever ziet er wel wat in, maar wil dat de schrijfster de beer vervangt voor een kind. Daar voelt Holmelund Minarik niets voor: ‘ I thought to myself, all children of all colours would be reading the stories. All children love animals. The bear is fine.’ Er werd een andere uitgever gevonden en deze huurde Maurice Sendak in voor de illustraties. Sendak tekende het beertje in zijn kenmerkende stijl die zes jaar later wereldwijd bekend zou worden na het verschijnen van zijn meest succesvolle boek Where the wild things are (vertaald als Max en de Maximonsters).

De avonturen van Kleine Beer zijn niet spectaculair en blijven dicht bij de belevingswereld van jonge kinderen. Zo is er de spanning van een aanstaande verjaardag of een beschrijving van een bezoek aan opa en oma. Kleine Beer speelt ook graag en gebruikt daarbij volop zijn fantasie: hij vliegt met een zelfgemaakte ruimtehelm naar de maan en hoopt dat zijn vader een zeemeermin meeneemt als deze terugkeert van een reis. Holmelund Minarik maakt in haar verhalen een mooie mix tussen realiteit en fantasie.
De wereld van Kleine Beer is warm en veilig. Het beertje trekt erop uit, maar hij komt altijd weer in de armen van zijn moeder terug. De rolverdeling tussen mannen en vrouwen in de verhalen is traditioneel, Kleine Beer heeft vooral te maken met zijn moeder en af en komt vader beer in beeld.
De tekst is geschikt voor beginnende lezers; de zinnen zijn niet lang en er worden geen moeilijke woorden gebruikt. Ook zijn er vaak herhalingen in de tekst verwerkt en dat helpt om het goed te kunnen volgen. Holmelund Minarik gebruikt wel hier en daar wat moeilijkere verteltechnieken, zoals een verhaal binnen een verhaal.

De illustraties van Sendak zijn een belangrijke aanvulling en waarschijnlijk de reden dat deze serie wereldwijd zo geliefd is. Kleine Beer loopt meestal zonder kleren door de verhalen, dit in tegenstelling tot de volwassen beren die ouderwets gekleed gaan. De gezichtsuitdrukkingen zijn niet heel uitgesproken en laten zo ruimte voor de lezers zelf in te vullen wat Kleine Beer denkt en voelt.
De interieurs en achtergronden zijn aangezet in lichte kleuren en dat benadrukt de warme veilige omgeving die Kleine Beer omringt. In de loop van de serie wordt Kleine Beer wat groter en ook de volwassen beren worden ouder.
Sendak brengt niet alleen de wereld van Kleine Beer in beeld, hij heeft ook de tekst sierlijk omlijst. Het geeft de boeken een fraaie en nostalgische uitstraling.

De veilige ouderwetse wereld waarin Kleine Beer zijn avonturen beleeft en die zo mooi wordt weergeven door Sendak is ook na ruim vijftig jaar nog een prettige plaats om naar toe te gaan.

De serie bestaat uit vijf boeken:
Kleine Beer
Papa Beer komt thuis
Kleine Beer heeft een vriendje
Kleine Beer gaat op bezoek
Een kusje voor Kleine Beer

Else Holmelund Minarik (tekst, vertaald door Jesse Goossens) met illustraties van Maurice Sendak
Lemniscaat, 2017