9 tot 12 jaar
Alles komt goed, altijd - Kathleen Vereecken
Maar er hangt dreiging in de lucht, er vallen stiltes in huis,’een stilte die meer woog dan een rugzak vol stenen.’ Alices vader verzekert dat de oorlog er niet komt, ‘dit is het veiligste hoekje van BelgiĆ«’ zegt hij, ‘van de hele wereld zelfs.’ Alice lacht met de familie mee, maar wil eigenlijk zeggen dat de wereld een bol zonder hoeken is. Ook zij wil graag haar moeder geloven die zegt dat alles goed komt, altijd.
Er komt wel oorlog. De kinderen zien groepen vluchtelingen door hun stad trekken. Ze kijken ernaar en spelen dat ze ook moeten vluchten. Spel wordt echter werkelijkheid en Alice vlucht met haar familie uit Ieper op zoek naar een veilige plek. Die vinden ze niet en daarom keren ze terug en leven ze met de oorlogsgevaren. ‘Als iemand anders mij zou vertellen hoe oorlog was, zou ik denken dat ik de hele tijd bang zou zijn. En toch was dat niet zo. We waren bang, soms. Maar meestal leefden we verder. Niet gewoon als vroeger, maar we leefden en deden dingen die we anders ook deden.’ Tot het noodlot toeslaat en de familie uit elkaar getrokken wordt.
Vereecken weet in prachtige beelden en mooi taalgebruik te beschrijven wat oorlog inhoudt. Ze geeft een tienjarige een stem, maar de goed gekozen woorden zijn niet die van een kind. Het is vooral de manier waarop de verteller naar de oorlog kijkt die overtuigt en ontroert. In het zorgvuldig opgebouwde verhaal zegt de schrijfster veel in weinig woorden. De titel keert regelmatig terug: in het begin zijn het troostende woorden, later roepen ze woede en verdriet op en uiteindelijk berusting. ’Ik wil het nog steeds geloven. Het is de liefste leugen die ik ken. De leugen van mijn moeder’
De illustraties van Charlotte Peys brengen passage uit de tekst tot leven. Zo zien we de last die op de volwassenen drukt, we zien de schoonheid van een onschuldige boom, we zien de brokstukken na een bombardement, we zien kinderen spelen en we zien dode vogels na een gifaanval. Alles in grijsblauw en nergens zijn gezichten te herkennen.
Kathleen Vereecken en Charlotte Peys wonnen met dit boek de Woutertje Pieterse Prijs 2019.