Ik zou wel een kindje lusten - Sylviane Donnio


Voor het vijfde jaar op rij wordt in het kader van de campagne Geef een boek cadeau een klassiek prentenboek voor weinig geld aangeboden. De campagne heeft als missie om zoveel mogelijk kinderen te laten opgroeien met mooie boeken.
De keus viel dit jaar op Ik zou wel een kindje lusten van Sylviane Donnio met illustraties van Dorothée de Monfreid. Het oorspronkelijke Franstalige boek werd in Nederland in 2005 vertaald en het werd ook hier een klassieker. Wereldwijd is het boek in twintig talen uitgegeven en werden er 850.000 exemplaren van verkocht.

Op een dag bedenkt de kleine krokodil dat hij in plaats van zijn dagelijkse portie bananen eigenlijk meer trek heeft in een kindje. Zijn moeder reageert verbaasd ‘aan bananenbomen hangen bananen, maar toch geen kinderen!’ Papa krokodil probeert zijn zoon op andere gedachten te brengen door hem een worst ‘zo groot als een vrachtwagen’ aan te bieden, maar kleine krokodil heeft trek in een kindje en in niets anders. Ook niet in de heerlijke chocoladetaart die zijn ouders voor hem maken.
Hongerig en een beetje duizelig gaat de kleine krokodil naar de rivier ‘voor een fris bad’ en daar ziet hij tot zijn grote vreugde een kindje. Maar een kindje vangen is nog een hele opgave.

Het verhaal speelt op een originele manier met vanzelfsprekendheden en angsten. Dat begint al op de eerste pagina waar we de familie krokodil met hun grote bekken vol scherpe tanden bananen zien eten. Dat klopt niet met het beeld dat de meeste kinderen van krokodillen hebben; het zijn toch gevaarlijke dieren die als je niet oppast je op kunnen eten? De kleine krokodil ( in de originele tekst heet hij Achilles, een naam die hem groter doet kijken) zet het misverstand meteen recht door te verklaren dat híj wel een kindje zou lusten. Zijn ouders reageren zoals ouders dat doen: ze leggen uit, ze proberen af te leiden en ze proberen een alternatief. Herkenbare handelingen voor kleuters. De kleine krokodil houdt echter voet bij stuk en dat zullen de jonge lezers vast waarderen, want welk kind droomt er nu niet van om zijn zin te krijgen.
Het verhaal neemt een nieuwe wending als er daadwerkelijk een kindje in zicht komt. Zou hij dan toch…en is dat eigenlijk wel leuk? De spanning wordt opgevoerd en ontlaadt zich in het grappige feit dat het kindje veel groter is dan de kleine krokodil en helemaal niet bang voor hem. Opluchting dus, er wordt niemand opgegeten. Maar ook wel een beetje zielig voor onze held van het verhaal. Ook dat lost de schrijfster met humor op. De kleine krokodil rent naar huis en wil direct heel veel bananen eten: ‘Papa! Mama! Bananen snel! Ik moet heel groot worden! Zodat ik een kindje kan eten!’.

De vrolijke helder gekleurde tekeningen versterken het verhaal, vooral door de knappe manier waarop de illustratrice laat zien wat zich in het hoofd van de krokodillen afspeelt; van bezorgdheid tot opluchting. Het verhaal is gesitueerd in een tropische setting met veel bananenbomen en hutachtige huizen. Op iedere pagina zijn grote witte vlakken. Dat geeft een rustig beeld, al is er genoeg te zien.

Ik zou wel een kindje lusten ligt nu in de boekhandel voor slechts €2,50.

Ik zou wel een kindje lusten
Sylviane Donnio, vertaald door J.H.Gever met illustraties van Dorothée de Monfreid
Gottmer, 2005

© Dorothée de Monfreid