Lars de kleine ijsbeer heeft een jubileum, al 25 jaar beleeft hij avonturen die geschreven en geïllustreerd worden door zijn schepper Hans de Beer. Het eerste verhaal over de Kleine IJsbeer maakte De Beer als eindexamenproject van de Rietveld Academie waar hij onder andere les kreeg van Thé Tjong-Khing. Het lukte echter niet het verhaal Kleine IJsbeer in de tropen uitgegeven te krijgen tot Hans de Beer besloot zijn werk in te sturen voor de internationale kinderboekenbeurstentoonstelling die jaarlijks in Bologna gehouden wordt. Daar werd hij ´ontdekt´ en zijn eerste boek verscheen toen snel. Inmiddels verschijnen de avonturen van Lars in vele talen, is er een tekenfilmserie gemaakt en vinden we het beertje terug op allerlei producten.

Ter gelegenheid van het jubileum geeft uitgeverij De Vier Windstreken een verzamelbundel uit waarin vijf van de tien avonturen van Lars zijn opgenomen. Natuurlijk staat het verhaal waar alles mee begon er in: Een ijsbeer in de tropen. In dit verhaal drijft Lars op een ijsschots naar de zee en belandt in Afrika. Met hulp van zijn nieuwe vrienden Hippo, Dago en Orka komt hij weer veilig thuis. Kleine IJsbeer is niet het enige dier dat verdwaald in de boeken van De Beer. Lars, die immers weet wat het is om te verdwalen, biedt altijd zijn hulp aan als hij een verdwaald dier tegen komt. In het verhaal Kleine IJsbeer weet jij de weg? brengt hij een tijgertje naar huis en in andere verhalen ontfermt Lars zich over een jonge poolhond en een rendiertje. Met hulp van andere dieren weet hij iedere keer weer zijn nieuwe vrienden veilig bij hun ouders af te leveren. In het laatste verhaal, Kleine IJsbeer en de walvisbaai, maakt Lars kennis met beluga´s en een potvis. Het ijsbeertje speelt met de walvissen in zee tot de pret verstoord wordt door een walvisjager. Lars weet, weer met hulp van een vriend, de walvissen te redden.

Vriendschap, elkaar helpen en op avontuur gaan zijn terugkerende thema´s. Hans de Beer vindt het belangrijk maatschappelijk relevante onderwerpen in zijn verhalen te verwerken. Dat doet hij bijvoorbeeld in Kleine IJsbeer redt de rendieren als de rendierkudde niet naar het zuiden kan trekken omdat mensen een enorm hek hebben geplaatst. De Beer hoopt met zijn verhalen ouders een handreiking te geven om met hun kinderen over milieuproblemen te praten.
De boeken over Lars de kleine ijsbeer zijn een lust voor het oog. De Beer werkt met waterverf en weet zo mooie kleurnuances te bereiken. Zijn dieren zien er levensecht uit, ook al doen ze dingen die we in het echte leven nooit zullen zien, bijvoorbeeld een ijsbeer op de rug van een kameel of een ijsbeer en een poolhond kanoënd in de grote stad.
Hans de Beer tekent eerst de avonturen van het beertje en schrijft daarna de tekst. In de illustraties kiest hij er voor de nadruk te leggen op de emoties van de afgebeelde dieren.
De teksten zijn, voor hedendaagse begrippen, vrij lang en vertellen uitgebreid wat er gebeurt. Emoties worden veelvuldig benoemt en de tekst laat weinig ruimte voor een eigen invulling. De illustraties geven daar aanzienlijk meer ruimte voor. Zij nodigen de lezer uit om met Lars mee te dromen wat er toch allemaal voor avonturen kunnen sluimeren achter de horizon.

Kleine IJsbeer
Vijf avonturen met Lars
Hans de Beer

De Vier Windstreken, 2012