De griezels- Roald Dahl

                                             

Meneer en mevrouw Griezel doen hun naam eer aan. Hij is´een vies, vuil, stinkerig oud mannetje´ en nog gemeen ook en zij is een afstotelijke vrouw die altijd met een stok loopt die ze ´eigenlijk alleen had om mee te slaan naar van alles en nog wat, zoals honden, katten en kleine kinderen´. Het huwelijk wordt gekenmerkt door de ´rotgeintjes´ die ze met elkaar uithalen. Mevrouw laat meneer schrikken met haar glazen oog en serveert hem ´kronkelspaghetti´ bestaande uit levende wormen. Meneer slaat terug door een kikker in het bed van zijn vrouw te stoppen en haar te doen geloven dat ze lijdt aan een verschrikkelijke ziekte: de krimp.
Eens per week eten de Griezels vogelpastei, meneer vangt de vogels en mevrouw verwerkt ze.
Niet alleen de vogels worden het slachtoffer van het echtpaar, ook een stel apen die alles ondersteboven moeten doen omdat meneer Griezel het allereerste Grote Ondersteboven Apencircus ter wereld wil bezitten. Op een dag pikken de dieren het niet meer en ze nemen wraak.

Als iemand weet wat griezelen is, dan is het Dahl wel. Hij leeft zich uit in gedetailleerde beschrijvingen vol humor en richt zich daarbij ook tot de lezer:
´Hoe vaak waste meneer Griezel dat stekelige, nagelborstelige gezicht van hem? Het antwoord is NOOIT! ´ (..)´ er kleefden altijd honderden restjes van oude ontbijten, twaalfuurtjes en warme maaltijden aan het haar op zijn gezicht (..) als je het van dichtbij bekeek (niet dat je dat voor je plezier zou doen) dan zou je piepkleine stukjes omelet aan de haren zien hangen, en spinazie en tomatenketjup en vissticks en gehakte kippenlevertjes en al die andere walgelijke dingen, waar meneer Griezel van hield´.
De beschrijving gaat nog verder, want Roald Dahl neemt de ruimte om de viezigheid tot in detail te beschrijven en er dan nóg een schepje bovenop te doen als hij beschrijft dat meneer Griezel nooit echt honger hoeft te lijden, omdat hij altijd wel een lekker hapje in zijn baard kan vinden.

Huberte Vriesendorp tekent voor de uitstekende vertaling, een vertaling die recht doet aan het origineel. Een knappe prestatie! Quentin Blake, die het meeste werk van Dahl illustreerde, heeft zich weer uitgeleefd. Zijn tekenstijl sluit naadloos aan bij het werk van Dahl. De vunzige baard brengt hij gedetailleerd in beeld en hij wijst de lezer zelfs nog op niet te missen details: de staart van een sardientje, de beschimmelde cornflake en de stukjes kaas. De vogels en de apen spatten echt van de pagina´s af, vol beweging zet Blake ze neer.

Dit is een ´echte Dahl´ waarin de schrijver, met hulp van de illustrator, een extreem vies en gemeen echtpaar opvoert die elkaar op komische wijze het leven zuur maken en die uiteindelijk hun straf niet ontlopen, en bij Roald Dahl wordt het slechte ook echt gestraft, er zijn geen opvoedkundige nuances, heerlijk!

De Griezels
Roald Dahl, vertaald door Huberte Vriesendorp met illustraties van Quentin Blake 
De Fontein, 2010