Wiplala en Wiplala weer - Annie M.G.Schmidt


Het eerste Wiplalaboek lag in de winkel in 1957 en in 1962 volgde Wiplala weer. De beide verhalen verschenen eerst in wekelijkse afleveringen in het kindertijdschrift Kris Kras. Wiplala kreeg de prijs voor het beste kinderboek uit 1957. De beide boeken zijn los van elkaar te lezen.

Wiplala is een klein mannetje, hij ís een Wiplala en hij heet Wiplala. Je beledigt hem als je denk dat hij een kabouter is. Wiplala is weggestuurd uit het land van de Wiplala´s omdat hij niet goed kan toveren, ´tinkelen´ noemt hij dat. Wiplala komt terecht in het huishouden van de familie Blom dat bestaat uit de verstrooide geleerde meneer Blom en zijn kinderen Nella Della en Johannes.
Wiplala mag bij de familie blijven, al heeft vader wel wat twijfels. Terecht, want Wiplala tinkelt erop los en verandert een dichter in steen en de familie Blom laat hij krimpen tot Wiplala-grootte. Wiplala is niet voor niets weggestuurd door de andere Wiplala´s want het terugtoveren wil niet lukken. Er worden heel wat avonturen beleefd voor alles weer in orde is.
In het tweede verhaal keert Wiplala terug bij de familie Blom en nog altijd heeft hij het tinkelen niet onder de knie. Dit keer tinkelt hij de tomaten van de tomatensoepfabriek om in pruimen en de directeur van de fabriek verandert hij in een hond. Meneer Blom probeert dit, met hulp van zijn kinderen, verborgen te houden en zolang de leiding over de fabriek op zich te nemen.

De Wiplalaboeken ademen de sfeer van de jaren vijftig zonder oubollig te zijn. Johannes en Nella Della beschermen hun verstrooide vader en zijn vaak veel verstandiger dan hij. Hierin zijn zij de voorlopers van bijvoorbeeld Otje.
De twee verhalen zijn met de bekende vlotte pen van Schmidt geschreven en ook na ruim vijftig jaar heeft haar sprankelende taalgebruik niets aan kracht ingeboet. Annie M.G.Schmidt weet een spannend verhaal op te bouwen: de hoofdpersonen lijken steeds in onmogelijke situaties te belanden die toch, en vaak op originele en komische wijze, weer goed komen. Daarin zijn de Wiplalaboeken tijdloos.

De oorspronkelijke boeken werden geïllustreerd door Jenny Dalenoord. In 2007 vroeg uitgeverij Querido Philip Hopman om nieuwe illustraties voor Wiplala te maken. In 2009 illustreerde hij ook het tweede boek. In zijn karakteristieke kleurenpalet dat gedomineerd wordt door turquoise, lila, geel en mintgroen leeft hij zich uit. Opvallend zijn de details en de vaak verrassende perspectieven.
Dalenoord kreeg veel minder ruimte dan Hopman, zij maakte één zwart/wit tekening per hoofdstuk, terwijl Hopman echt kan uitpakken. Het is leuk dat hij in zekere zin het werk van zijn voorgangster volgt. Enkele illustraties vinden we, omgezet in de typerende zwierige stijl van Hopman, bijna letterlijk terug. Zo begint ook Hopman met het tekenen van de voetstappen van Wiplala en de lezer loopt als het ware met Wiplala het boek binnen. Ook het uiterlijk van Wiplala blijft trouw aan de oorspronkelijke tekeningen: een kleine mannetje met rechtopstaande haartjes en een lange sjaal om. De familie Blom heeft wel een duidelijke make-over gehad. Ze zien er wat eigentijdser uit, maar passen uitstekend in de omgeving die Hopman hen geeft: een jaren vijftig omgeving. Dat is te zien aan allerlei details, bijvoorbeeld een ouderwetse blauwe vimbus of de poster van Elvis boven het bed van Nella Della. Er zijn allerlei grapjes en verwijzingen in de illustraties te vinden, zo zien we Abeltje en zuster Klivia voorbij lopen en is er een ontbijtkoek van de firma Hopman:´ruim 45 jaar vakmanschap´.

Wiplala en Wiplala weer zijn een ode aan de fantasierijke vertelling en met de nieuwe illustraties van Philip Hopman kan het boek de komende vijftig jaar weer mee!

Wiplala & Wiplala weer
Annie M.G. Schmidt (tekst) en Philip Hopman (ill)
Querido, 2011