Wondermiddel - Kate Schlingemann

 

Kate Schlingemann (1958) kennen we als kinderboekenschrijfster, illustrator en zeker ook als dichter. Enkele gedichten van haar werden opgenomen in 
Querido´s Poëziespektakel (deel 4 en 5), een podium voor kinderpoëzie dat helaas ten onder is gegaan. Ook won ze in 2012 de tweede prijs in de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd, een prestigieuze prijs. Schlingemann schrijft graag poëzie voor kinderen, een genre waarin maar weinig boeken verschijnen. We moesten dan ook lang wachten op haar debuutdichtbundel. 

Schlingemann schrijft geen lekker lopende grappige versjes, haar gedichten verdienen het in rust gelezen te worden om er volop van te genieten. Niet omdat ze ´moeilijk´ zijn, de inhoud is over het algemeen makkelijk te volgen, maar om niets te missen van het rijke en ritmische taalspel. 
De dichteres kiest vaak voor een originele invalshoek, bijvoorbeeld een paradoxale aanpak als wondermiddel tegen verdriet of een superheld die zich afvraagt wanneer het genoeg geweest is. Er zijn ook gedichten over herkenbare kinderthema´s, zoals een juf die je spullen afpakt, een kat die begraven wordt en het verlangen de dood van oma ongedaan te maken. 
Schlingemann gebruikt in haar gedichten mooie beelden, bijvoorbeeld in haar gedicht de wind zien: in kriskras van vogels/ in schrapzet van haas/in krom op de fiets/in zand uit het niets/in haar in je ogen/in fladder van jas/in platslag van gras/in rood op je wangen/in meeuwen die hangen/in regen in strepen/in omval, en... au!´(...)´ 
We zien in de gedichten wel vaker opsommingen van een reeks beelden om een fenomeen te beschrijven, bijvoorbeeld in het gedicht ik wou verschrikkelijk heel graag dat de vele eigenaardige van katten omschrijft. Maar ook hondenliefhebbers komen aan hun trekken, in het gedicht dát!: het hondje met de rondste ogen/en met een neus van drop/en met de flapste oortjes/en krullen op zijn kop/het hondje met de zachtste pootjes/en met de liefste blik/en met een kwispelstaartje/dát hondje /dat wil ik. 
Niet alle gedichten geven direct alles prijs, deze gedichten laten meer ruimte voor een eigen invulling. Zoals het gedicht na het logeren:´wat de vliegen doen in opa´s keuken/ zoevend gonzend snorrend, zich druk maken over horren/ door duizend gaatjes niet naar buiten kunnen/doet mijn opa ook// ga dan, roept hij, de mepper zwiepend in zijn hand/ je hebt
maar één dag om te leven/ hoe graag wil je dood?// maar hij heeft niet in de gaten/ dat ik bij de open deur al een eeuwigheid/ met mijn koffertje sta te wachten// misschien moet hij de vliegen vliegen laten/ zijn hoofd een slagje draaien/ mij zien, uitzwaaien// 
Een aantal gedichten zijn van een tekening voorzien door Nynke Kuipers. Ze gaat in haar illustraties met Schlingermanns beeldtaal aan de haal en dat leidt tot grappige tekeningen. 

Wondermiddel is een rijke bundel waarvan je hoopt dat het zijn weg vindt naar de jonge lezers, want ieder kind verdient het om kennis te maken met de rijke wereld van de poëzie. 

Wondermiddel 
Kate Schlingemann (tekst) en Nynke Kuipers (illustraties) 


Xanten, 2015