Zeven minuten na middernacht - Patrick Ness en Siobhan Dowd


Dertienjarige Connor heeft een terugkerende nachtmerrie, een nachtmerrie gevuld met duisternis, wind en gegil en met handen die wegglippen uit zijn greep. Hij praat niet over zijn nachtmerrie. Niet met zijn moeder, niet met zijn vader, niet met zijn oma en niet op school. Zijn moeder heeft genoeg aan zichzelf, zij vecht tegen kanker, zijn vader woont al zes jaar in Amerika bij zijn nieuwe gezin, met oma kan hij het niet goed vinden en op school lijkt hij onzichtbaar sinds de ernst van zijn moeders ziekte bekend is; behalve voor Harry die hem belaagt, pest en in elkaar laat slaan.
Op een nacht, als Connor gillend wakker is geworden uit zijn nachtmerrie, komt ´het monster´ opdagen: de taxusboom van de begraafplaat is in beweging gekomen. Met een wilde ongetemde stem spreekt hij Connor aan die niet echt bang is: ´ik heb wel ergere dingen gezien´. Het monster voorspelt dat die angst nog wel zal komen en verdwijnt. Maar hij komt terug, altijd op dezelfde tijd. Het monster vertelt drie verhalen en Connor moet het vierde verhaal vertellen: het verhaal van zijn nachtmerrie.

De Britse Patrick Ness, veel bekroond schrijver, kreeg het verhaalidee van (eveneens veel bekroond) schrijfster Siobhan Dowd. Zelf kon ze het boek niet schrijven, ze stierf aan kanker, 47 jaar oud.
Zoals we van Ness mogen verwachten is het verhaal goed opgebouwd en prachtig geschreven. Hij mixt op originele wijze verhaalgenres door elkaar. Er is het griezelaspect van het monster dat steeds weer opduikt, altijd op dezelfde tijd, maar toch onvoorspelbaar. Het is een ongrijpbaar monster. Hij omschrijft zichzelf, onder andere, als ´al het ongetemde en ontembare´,´de wilde aarde zelf´. De verhalen die het monster vertelt lijken sprookjes; wijze lessen verpakt in een verhaal. Maar de verhalen nemen onverwachte wendingen, waarin voor de hand liggende thema´s een andere draai krijgen. Als Connor zich daarover beklaagt antwoordt het monster dat verhalen jagen, bijten en achtervolgen en ze niet zijn bedoeld om Connor ´een lesje te leren´. Het zijn verhalen over het leven: vol tegenstrijdigheden ´waarin veel dingen waar zijn die vals lijken´.
Naast de ontmoetingen met het monster en de verhalen die hij vertelt, volgt de lezer Connor in zijn dagelijks leven waarin het steeds slechter gaat met zijn moeder, zijn vader op bezoek komt en weer weggaat, waarin hij bij zijn oma moet logeren in haar koude keurige huis, waarin hij op school alleen ‘die jongen met die zieke moeder is’ en zelfs pestkop Harry op een dag besluit Conner niet langer te zien. De verhalen van het monster staan niet los van Connors dagelijks leven, ze vermengen zich en dat heeft grote gevolgen.
Uiteindelijk, als Connor het vierde verhaal moet vertellen, zijn nachtmerrie, komt alles samen. Connor moet de zwarte waarheid onder ogen zien en eindelijk wordt duidelijk waarom het monster in beweging kwam.
Alsof het verhaal nog niet indrukwekkend genoeg is, zijn er ook nog de briljante illustraties van Jim Kay. In louter zwart, wit en grijstinten omhult hij het verhaal. Hij laat het monster zien, de beelden uit de verhalen, de nachtmerrie en de emoties. Beeld en tekst zijn prachtig vermengd en geven het boek zijn unieke sfeer.

Zeven minuten na middernacht is een hartverscheurend boek dat ontroert en nog lang blijft nadreunen.

Zeven minuten na middernacht
Patrick Ness/Siobhan Dowd, vertaald door Manon Smits met illustraties van Jim Kay
Ploegsma, 2023 (eerste druk uitgegeven door De Geus in 2013)

© Jim Kay