Het huis aan de Prinsengracht - Thomas Harding


Er zijn al veel boeken over het leven van Anne Frank verschenen, maar dit prentenboek heeft een andere insteek. Anne Frank en haar medeonderduikers vormen in dit boek een onderdeel van een andere geschiedenis, die van het huis op de Prinsengracht in Amsterdam. Het prentenboek beschrijft en laat vooral zien wat de geschiedenis is van dit vier eeuwen oude pand. Het begint in 1580 als de plek waar later de Prinsengracht gegraven zal worden nog een weiland is, waar reigers loeren op een lekker visje, koeien grazen en veldmuizen snuffelend scharrelen tussen het gras. In 1600 wordt de gracht gegraven en in 1635 wordt het huis gebouwd. Door de eeuwen heen heeft het pand verschillende bewoners gehad. Het beleeft een bloeiperiode in de 18e eeuw als er een schatrijke drogerijenhandelaar met zijn vrouw woont. Het echtpaar geeft er dansfeesten en diners. Na het overlijden van de eigenaar vervalt het huis en wordt het zelfs gebruikt als paardenstal. Daarna vestigen zich verschillende bedrijfjes in het pand: een apotheker brouwt er zijn drankjes en er wordt groenten ingeblikt.
Rond 1880 is de Prinsengracht niet de plek die het nu is. In die tijd stinkt het er naar rotte eieren en hangt er een blauwige walm rond de gracht. In 1885 dreigt het pand af te branden, maar gelukkig grijpt de brandweer op tijd in. In 1901 trek Alle Pierson in het huis met zijn gezin. Hij verhuist in 1929 en weer vestigen zich dan verschillende bedrijven in het pand. Ook de bedrijven van Otto Frank vinden er een plek. Zoals bekend doken in 1942 acht mensen onder in het achterhuis aan de Prinsengracht 263. In augustus 1944 werden ze ontdekt en afgevoerd naar concentratiekampen. Na de Tweede Wereldoorlog waren er plannen om het inmiddels weer verwaarloosde pand te slopen. Otto Frank wist echter de projectontwikkelaar over te halen om het huis aan de gemeente Amsterdam te schenken en zo werd het een museum dat jaarlijks meer dan een miljoen mensen trekt.

De historie van een huis is een dankbare ingang om geschiedenis tot leven te brengen. Eerder deden Harding en Teckentrup dit in het prentenboek Het Huis aan het meer (Veltkamp, 2020) dat de geschiedenis beschrijft van een houten huisje aan de rand van de stad Berlijn.
De tekst van het prentenboek is kort en verhalend en geeft waar nodig uitleg, bijvoorbeeld hoe een gracht gegraven wordt of waar de stank in de stad vandaan kwam. Maar het zijn de illustraties van Britta Teckentrup die de hoofdrol opeisen. Ze zijn prachtig van kleur en heel sfeervol. Teckentrup gebruikt verschillende technieken. Ze tekent vaak gedetailleerd en daarnaast gebruikt ze andere technieken, bijvoorbeeld collage om de baljurken van de dames in de 18e eeuw tot leven te wekken en grijs als een schaduw laat ze  het Duitse leger Amsterdam binnentrekken.
In tekst en beeld wordt ook aan de beroemde kastanjeboom in de tuin van het pand aan de Prinsengracht gememoreerd die Anne Frank in haar dagboek beschrijft. De boom wordt rond 1853 geplant en Teckentrup tekent hem daarna regelmatig, de ene keer in zomertooi, de andere keer in bloei, of met kale takken als het pand aan de Prinsengracht afgebroken dreigt te worden.
Het boek wordt afgesloten met een overzicht van de bewoners van het huis en de schrijver geeft daarbij nog wat meer achtergrondinformatie.

Het huis aan de Prinsengracht
Thomas Harding, vertaald door Annelies Jorna met illustraties van Britta Teckentrup
Anne Frank Stichting/Querido, 2023


@ Britta Teckentrup