gedichten
De zee is bijna alles - Marco Kunst
De zee is bijna alles is de eerste dichtbundel van Marco Kunst die daarmee een nieuw genre aan zijn oeuvre toevoegt. De titel van de bundel sluit aan bij het alomvattende thema: water en dan vooral de zee. Er staan eenentwintig gedichten in, waarvan er vier bewerkingen zijn van bestaande anderstalige gedichten geschreven door Fernando Pessoa, Roger Dévigne, James Joyce en Philip Larkin.
In veel gedichten wordt er aan de rand van de zee gemijmerd en geflecteerd over verloren dromen, de tijd die verglijdt of een geliefde die verdween. In andere gedichten staat het water zelf centraal, de zee bijvoorbeeld:
‘Tussen rots, kei en kiezel werd je geboren
uit dooi, dauw en regen, bijna niets nog,
glinsterende navelstreng, klaterend kind,
buitelend zoek je je weg omlaag, omlaag,
naar het glooiend heuvelland in de diepte.'
(…)
De gedichten zijn ritmisch en het taalspel is mooi met klankrijke woorden en goed gekozen beelden.
De bundel is geïllustreerd door Jeska Verstegen die afgelopen jaar de Gouden Penseel kreeg voor haar illustraties in het boek Het touw en de waarheid, eveneens geschreven door Marco Kunst. In deze dichtbundel is het kleurpalet soberder, het bestaat uit vele tinten blauw gecombineerd met zacht rood en wit, kleuren die passen bij de gedichten waarin water zo’n grote rol speelt. Het samenspel tussen de illustraties en de tekst is boeiend, vooral de manier waarop de illustraties gedichten met elkaar verbindt.
De zee is bijna alles
De bundel is geïllustreerd door Jeska Verstegen die afgelopen jaar de Gouden Penseel kreeg voor haar illustraties in het boek Het touw en de waarheid, eveneens geschreven door Marco Kunst. In deze dichtbundel is het kleurpalet soberder, het bestaat uit vele tinten blauw gecombineerd met zacht rood en wit, kleuren die passen bij de gedichten waarin water zo’n grote rol speelt. Het samenspel tussen de illustraties en de tekst is boeiend, vooral de manier waarop de illustraties gedichten met elkaar verbindt.
De gedichten zijn moeilijk in een hokje te plaatsen. Het boek wordt uitgegeven als een kinderboek, maar een aantal gedichten zijn geschreven vanuit een volwassen perspectief, bijvoorbeeld die van een vader, iemand die mijmert over een verloren liefde of het leven dat voorbij is gegaan. Er zijn echter ook gedichten die goed aansluiten bij de belevingswereld van kinderen, bijvoorbeeld een gedicht waarin een kind samen met opa naar de zee kijkt.
De gedichten die de lezer met andere ogen ergens naar laten kijken, de duinen bijvoorbeeld of een dijk, zijn leeftijdsloos, net als het gedicht dat de lezer uitdaagt zelf zijn ideale strand bij elkaar te verzinnen. Het gedicht De sprot valt op door de wrange humor die in de andere gedichten niet voorkomt, maar die menigeen in de lach zal doen schieten:
(...)
toch nog een soort van happy end,
als ze worden uitgevent
op de markt in de viskraam,
de familie knus tezaam,
met zijn allen in een bos:
‘Gerookte sprot! Wie maakt me los?’
De gedichten die de lezer met andere ogen ergens naar laten kijken, de duinen bijvoorbeeld of een dijk, zijn leeftijdsloos, net als het gedicht dat de lezer uitdaagt zelf zijn ideale strand bij elkaar te verzinnen. Het gedicht De sprot valt op door de wrange humor die in de andere gedichten niet voorkomt, maar die menigeen in de lach zal doen schieten:
(...)
toch nog een soort van happy end,
als ze worden uitgevent
op de markt in de viskraam,
de familie knus tezaam,
met zijn allen in een bos:
‘Gerookte sprot! Wie maakt me los?’
De zee is bijna alles
Marco Kunst met illustraties van Jeska Verstegen
Lemniscaat, 2025
![]() |
©
Jeska Verstegen |