Oskar en ik - Maria Parr



De Noorse schrijfster Maria Parr debuteerde in 2005 en schreef in de afgelopen twintig jaar een bescheiden oeuvre bijeen dat uit slechts zes boeken bestaat. De lijst met prijzen die zij hiervoor ontving is echter omvangrijk en vanuit Noorwegen werd zij ook genomineerd voor de Hans Christian Andersen Award, een prestigieuze internationale kinderboekenprijs.
Bij uitgeverij Lannoo verschijnen haar boeken sinds 2007 in het Nederlands. Haar werk kreeg ook hier een warme ontvangst. Het is echter al weer een tijdje stil rond Parr, haar laatste boek werd in 2020 vertaald, maar nu is er dan eindelijk weer een nieuwe titel: Oskar en ik.

De ‘ík’ uit de titel is Ida. Acht jaar oud en de verteller van het verhaal. Ida woont met haar vijfjarige broertje Oskar in een kleine stad in het westen van Noorwegen in een landelijke omgeving. Ida vertelt over haar dagelijks leven en daarin speelt haar broertje een grote rol. Er wordt geruzied, bijvoorbeeld over wie er in het bovenste bed mag slapen, de hele familie wordt ziek, de kinderen krijgen een megamooi cadeau van hun ooms, Ida en Oskar gaan op riviersafari, ze vinden een aangeschoten hert en broer en zus spelen in de sneeuw.

Elk hoofdstuk heeft een min of meer afgerond verhaal. De hoofdstuktitels zijn daarbij nieuwsgierig makende smaakmakers en roepen bijvoorbeeld de vraag op wat een sleehelling met een gestolen garage en de smaak van gele sneeuw te maken heeft. De kinderen groeien op in een veilige omgeving waarin ze kleine en grote dingen meemaken. Als een rode draad door de hoofdstukken loopt het overlijden van een geliefde oom. De kinderen hebben daar verdriet van en ze zien ook het verdriet van anderen. De dood van hun oom bestaat naast de opwinding van het naderende Halloweenfeest en de vraag wie nu eigenlijk de kerstman is. Het kenmerkt Parrs schrijverschap dat ze zowel grote als kleine emoties prachtig beschrijft en daarbij altijd dicht bij de binnenwereld van de kinderen blijft.
Het boek laat de Nederlandse lezer ook iets zien van het dagelijks leven in Noorwegen midden in de natuur, waar een rivier ineens woest kan worden, waar je zelf een brug vernieuwd en waar vijfjarigen weten wat ze moeten doen als ze een aangeschoten hert vinden.
Het valt op dat Parr in dit boek meer oog heeft voor diversiteit dan in haar eerdere boeken. Zo is Ida’s oom getrouwd met een man en heeft Ida klasgenoten met niet Noorse namen en zien we ook op de illustraties kinderen van kleur. Culturele verschillen worden overigens in de verhalen summier uitgewerkt.

Het boek is kleurrijk geïllustreerd door Åshild Irgens. In zachte kleuren laat Irgens scenes uit het verhaal zien, waarbij ze goed het overheersende gevoel weergeeft. Zo is duidelijk te zien dat Oskar flink moet overgeven, zien we direct hoe eng een donkere kast kan zijn of hoe irritant het is als je grote zus je de les leest.

Oskar en ik is een warm bad. Klein en groot leed wordt verzacht door vriendschap en liefde en er is alle ruimte voor fantasie en avontuur.

Oskar en ik
Maria Parr, vertaald door Bernadette Custers met illustraties van Åshild Irgens
Lannoo, 2025


© Åshild Irgens