Lekker lezen voor beginners


In de strijd tegen het afnemende plezier in lezen bij kinderen komen er steeds meer boeken voor beginnende lezers waarin leesplezier voor avi-normen gaat. Er wordt dan wel rekening gehouden met de beginnende lezer door ervoor te zorgen dat de tekst overzichtelijk is en wordt omringd door veel ondersteunende illustraties. Als deze boeken goed geschreven zijn dan zijn ze niet alleen leuk om zelf te lezen, maar lenen ze zich ook om voor te lezen.
Steeds meer uitgeverijen gaan met deze stroom mee. Zo verscheen er deze maand bij uitgeverij Gottmer een bundel over het wilde leven van Billy de hamster, geschreven en getekend door Catharina Valckx. Zij bewerkte de eerder uitgekomen prentenboeken over de avonturen van Billy tot een zelfleesboek voor kinderen vanaf groep 4.
Een geweldige serie in dit genre is Tijgerlezen van uitgeverij Querido. Veel bekende schrijvers maakten hiervoor boeken en dat leverde al een aantal geliefde personages op die niet meer uit de jeugdliteratuur weg te denken zijn, zoals Bob Popcorn of Rotkat. Querido brengt nu een bundel uit met twaalf losse verhalen waarin vertrouwde personages een nieuw avontuur beleven.

In het afgelopen jaar heeft Mathilde Stein zich ontwikkeld als de koningin van dit genre. Haar bekendheid begon met de Zilveren Griffel die ze vorig jaar kreeg voor de avonturen van de cavia’s Pluk en Pluis. Daarna verscheen Vuurtorenbeer en Maksie, waarvan de laatste werd genomineerd voor de Woutertje Pieterse Prijs. Haar nieuwste boek heet Peetje en Flieflo en de verdwaalde superstinker. Het gaat over een ontheemde scheetwolk, een gigantisch exemplaar. Peetje en zijn hond Flieflo vinden de treurige wolk in het park en ze noemen hem Knoepie. Ze besluiten Knoepie te helpen zijn eigenaar terug te vinden. Ze starten met een groot billenonderzoek, maar dat levert niets op. Daarom besluiten Peetje en Fliefo de hulp in te roepen van de prinses die gaat over ‘bil-en bijzaken’. Zij ziet de ernst van het probleem in en leent zelfs haar ‘Koninklijk Transport’ uit als de oplossing ver weg lijkt te liggen. Uiteindelijk komt alles goed, al is er nog wel een gezamenlijke ‘hoestbui in de broek’ nodig voor alles recht getrokken is.

Een boek over een scheet loopt al snel het risico uit te monden in een plat verhaal vol makkelijke grappen. Dat is hier niet het geval. Steins taalgebruik is speels en creatief. Daarnaast gebruikt ze een aantal literaire trucs die ze toegankelijk maakt voor haar jonge lezers. Zo begint het verhaal in medias res, dat wil zeggen dat de lezer direct in de actie betrokken wordt en pas later de context krijgt. Daarbij wordt goed gebruik gemaakt van de illustraties, waar we bijvoorbeeld op kunnen zien dat Peetje en Fliefo een kind en een hond zijn. Ook wordt op knappe wijze de scheetwolk een personage, door de manier waarop hij getekend is en de wijze waarop Peetje en Fliefo hem behandelen. Zo krijgt ook de lezer al snel sympathie voor de eenzame wolk. Grappig is ook het taalspel als de hoofdrolspelers bij het paleis aankomen, waar heel deftig wordt gesproken. Zo vraagt de lakei die de paleisdeur opent “zeug heut meur, heur’. Natuurlijk buit Stein ook de mogelijkheden uit van een verhaal met een scheet in de hoofdrol, maar nergens wordt het plat.
De illustraties zijn gemaakt door de Britse illustrator Will Hughes. Zijn werk is beweeglijk en kleurrijk en vult het verhaal aan waar nodig.
Peetje en Fliefo en de verdwaalde superstinker is een uitbundig geïllustreerd en goed geschreven boek.

Peetje en Fliefo en de verdwaalde superstinker
Mathilde Stein met illustraties van Will Hughes
Lemniscaat, 2024





Het wilde leven van Billy de hamster
Catharina Valckx
Gottmer, 2024




Tijgers lezen
Diverse auteurs en illustratoren
Querido, 2024