De geest en het meisje - Lucy Strange


Na een fantasierijk boek over het omgaan met een groot verlies en een tweede boek met een indrukwekkend oorlogsverhaal had de Britse schrijfster Lucy Strange zin om een gothic novel te schrijven. Ze liet zich hiervoor onder andere inspireren door het werk van Emily en Charlotte Brontë, Daphne du Maurier en Frances Hodgson Burnett. Het werd een verhaal over geesten, wraak en familiegeheimen en speelt zich af rond een landhuis aan een meer en een eiland vol graftomben. Om het compleet te maken is het vaak slecht weer. Ook de periode is goed gekozen. Het verhaal begint op 21 december 1899, enkele weken voor de eeuwwisseling.
Op die 21e december zit de twaalfjarige Lady Agatha Asquith met haar volwassen neef Clarence aan de ontbijttafel. In de nacht daarvoor is Agatha’s vader overleden en is ze wees geworden. Clarence is de nieuwe graaf en erfgenaam. Hij laat Agatha weten dat hij haar niet als een soort lastig huisdier in zijn huis zal dulden. Tot haar ontsteltenis vertelt haar neef dat Agatha geadopteerd is en dus nergens recht op heeft. Hij staat erop dat zij de volgende dag het huis verlaat. Ze zal worden opgehaald door haar echte vader, een dief die in de gevangenis heeft gezeten. De geschokte Agatha vertrekt, maar neemt als stille wraak een kostbare edelsteen mee.

Strange schrijft in een beeldende en prettig leesbare stijl hoe het Agatha verder vergaat. Hoe ze de stugge norse ganzenboer Thomas ontmoet die bevestigt haar vader te zijn. Hoe ze zichzelf opnieuw moet uitvinden nu ze niet langer Lady Agatha is, maar gewoon Aggie en hoe ze zich verdedigt tegen haar neef die nergens voor terugdeinst om zijn zin te krijgen.
Aggie raakt bevriend met Bryn, die op Skeltereiland woont, de plek waar al generaties lang de Asquiths worden begraven. Bryn daagt Aggie uit om op oudejaarsnacht, als de ene eeuw overgaat in de andere, naar het eiland te komen om te kijken of het waar is dat de geesten van de overledenen dan tot leven komen. Er gebeuren die nacht angstaanjagende dingen en Aggie ziet een vage witte gestalte die over het meer naar het landhuis van de Asquiths zweeft. Deze geest laat zich vaker aan haar zien en lijkt haar goed gezind. Ondertussen blijkt Clarence niet het hele verhaal verteld te hebben over de erfenis en ook heeft hij inmiddels de diefstal van de edelsteen ontdekt. De vete tussen Clarence en Agatha is nog niet beslecht.

De lezer leeft mee met Agatha/Aggie die de verteller van het verhaal is. Ze heeft regelmatig dialogen met zichzelf en dat is een goed gekozen vorm die de lezer volop in staat stelt mee te leven met de hoofdpersoon. Aggie wordt heen en weer geslingerd tussen berusting en de drang de strijd aan te gaan. Ook heeft ze vragen over haar afkomst en haar adoptie en ze krijgt maar mondjesmaat informatie hierover los.
De mensen die Aggie ontmoet krijgen in het verhaal wat minder diepgang. Zo is het onduidelijk wat haar vader ervan weerhoudt zijn verhaal aan Aggie te vertellen en de egoïstische en wrede neef krijgt geen enkele tegenkleur.
Het verhaal leest als een trein en boeit vanaf de eerste bladzijden. Strange is niet alleen een goede verteller, ze brengt ook een diepere laag in het verhaal. Er zijn verwijzingen naar de klassieke literatuur, met name naar Shakespeares Hamlet en de schrijfster laat niet toevallig met enige regelmaat een vos in het verhaal opduiken.

De geest en het meisje is heerlijk boek, echt een boek dat je in een ruk uitleest.


De geest en het meisje
Lucy Strange, vertaald door Aleid van Eekelen-Benders
Gottmer, 2021